CD&V wil Aalst (en andere steden) verarmen
De onderhandelingen voor een Vlaams regeerakkoord waren vorige week vastgelopen door een veto van CD&V. Enerzijds is het zeer jammer om vast te stellen dat de partij die ooit het toonbeeld was van goed bestuur, inmiddels is afgegleden tot een partij die de Vlaamse overheid de wacht aanzegt om op lokaal niveau campagne te voeren.
Anderzijds schuilt er voor Aalst, en bij uitbreiding alle Vlaamse steden, een groot probleem in een van de motieven die CD&V aanhaalt om niet akkoord te gaan met het laatste voorstel van formateur Diependaele (N-VA). Een van die redenen luidt namelijk dat er meer geld moet vloeien naar de plattelandsgemeenten.
Ik vertaal even voor u wat dat zinnetje eigenlijk concreet betekent. De Vlaamse overheid heeft een Gemeentefonds, goed voor zo’n €3 miljard per jaar, waarmee het de lokale besturen ondersteunt om lokaal beleid te voeren. Voor Aalst is de ontvangst uit het Gemeentefonds véruit de belangrijkste financiering die we binnenhalen. Dit jaar verwachten we voor Aalst zo’n €56 miljoen te ontvangen. Dat is ruim meer dan onze 2de grote ontvangst, de Opcentiemen op de Onroerende Voorheffing, die ‘slechts’ €36 miljoen zullen opleveren. Het Gemeentefonds is bijgevolg dé belangrijkste stroom aan middelen die de stad ontvangt om beleid te kunnen voeren.
U moet ook even goed letten op de nuance van de vraag van Sammy Mahdi (CD&V). De vraag is niet “meer geld moet vloeien naar de steden en gemeenten” wat ten bate zou zijn van élk lokaal bestuur, nee, de vraag is heel duidelijk “dat er meer geld moet vloeien naar de plattelandsgemeenten”. Het Gemeentefonds is echter een gesloten pot en er moet een begrotingsevenwicht behaald worden in 2027. Extra middelen voor de ene, betekent dus minder middelen voor de andere.
Dat voorstel van CD&V is bijgevolg een probleem voor Aalst en alle Vlaamse steden: wat CD&V namelijk vraagt is een herverdeling van het Gemeentefonds, waarbij er minder middelen naar de steden vloeien en méér naar de gemeenten op het platteland. Meteen ook de reden waarom N-VA niet akkoord kan gaan met de vraag, en terecht!
CD&V staat inmiddels in quasi elke centrumstad zo zwak, dat men de hoop om er nog veel stemmen te halen lijkt op te geven. Met de hete adem van het Vlaams Belang in de nek op het platteland, gaat men nu frontaal in de aanval tegen de steden in de hoop meer middelen uit de brand te slepen voor het platteland en daar op die manier alsnog overeind te blijven.
Wat CD&V daarbij blijkt te vergeten is wel het volgende. Ten eerste vertegenwoordigen de steden een veel groter aantal inwoners dan de plattelandsgemeenten. Van de 300 lokale besturen die Vlaanderen rijk is, vertegenwoordigen de 13 Vlaamse centrumsteden alleen, waaronder Aalst, al 1,73 miljoen inwoners van de 6,82 miljoen die in Vlaanderen leven. Met andere woorden: 1 op 4 Vlamingen woont in een centrumstad. De groep steden in het Gemeentefonds gaat echter nog ruimer. Ook vele steden als Ninove, Oudenaarde, Lokeren en Dendermonde (ja, zelfs dát dorp, ze moeten bij de Vlaamse overheid wel nog wat leren) en ga zo maar door behoren tot de groep steden die minder zouden krijgen als CD&V haar zin krijgt.
Voorts bieden steden vaak extra functies aan voor de plattelandsgemeenten rondom hen. Om een aantal voorbeelden te geven: niet elk lokaal bestuur moet voorzien in een zwembad, museum, cultureel centrum etc. Vaak zijn het de steden die een dergelijke voorziening bouwen (denk maar aan Aquatopia, ’t Gasthuys en CC De Werf in Aalst), en maken ook de inwoners van de buurgemeenten van die stad er gebruik van. De kosten voor de uitbating van die gebouwen vallen echter volledig ten laste van de betrokken stad en helemaal niet bij de buurgemeenten. Ook daarom is het terecht dat steden meer middelen ontvangen dan plattelandsgemeenten.
Ik kan u alvast meedelen dat bij aanvang van de Vlaamse regeringsonderhandelingen ik samen met collega Smeyers bij N-VA ben gaan pleiten om geen herverdeling van het Gemeentefonds toe te laten. Mijn vraag was zeer duidelijk: de middelen naar Aalst moeten minstens op hetzelfde niveau blijven, en zouden best zelfs stijgen met de vele uitdagingen waar we als centrumstad voor staan, met de nabijheid van Brussel in een kwetsbare Denderstreek.
Wat we vanuit N-VA dus bepleiten – het behoud van welvaart van inwoners van (centrum)steden – en het maximale behoud van de huidige dienstverlening, staat lijnrecht tegenover wat CD&V op Vlaams niveau bepleit voor de toekomst. Want vergis u niet: indien CD&V een herverdeling van het Gemeentefonds zou binnenhalen, dan zal de Aalstenaar dat meteen voelen. Hetzij door dienstverlening die de stad zal moeten schrappen (vaak in de eerste plaats ten koste van de meest kwetsbare mensen in de samenleving), hetzij door hogere belastingen.
Vanuit N-VA zijn we hier radicaal tegen. We zijn voor het behoud van de welvaart van de Aalstenaar, zonder hogere belastingen en mét kwalitatieve dienstverlening. Het is maar dat u weet waarvoor u stemt op 13 oktober.